Herma Holscher verlaat Juliana Kinderziekenhuis na 29 jaar

18 maart 2021

Kinderradioloog Herma Holscher neemt per 1 april afscheid van het HagaZiekenhuis en het Juliana Kinderziekenhuis (JKZ). Nu ze 60 wordt, wil ze flexibeler gaan werken en meer tijd vrijmaken voor haar passies binnen en buiten het vak. In het JKZ zal de vriendelijke dokter ontzettend gemist worden.

Herma kijkt uit naar meer tijd voor haar hobby’s, maar stopt zeker nog niet met haar werk als radioloog. “Ik word in maart 60 jaar en dacht: het wordt tijd om wat flexibeler te gaan werken. Ik heb nog een herregistratie van vijf jaar als radioloog; ik kan overal aan de slag. In juni ga ik een paar weken waarnemen en lesgeven in IJsland. Dat vind ik ontzettend leuk. Daarnaast ga ik me bezighouden met artificial intelligence binnen mijn vak. Dus hoe computers kunnen bijdragen aan betere zorg. Dat vind ik ook belangrijk en daar heb ik nu te weinig tijd voor. En ik ga lekker in de aarde wroeten in mijn eigen groentekas. Laatst stuitte ik nog op een enorme hoeveelheid gemberknollen, terwijl ik dacht dat mijn poging om gember te kweken mislukt was!”

Selfmade opleider

Herma Holscher is een opgeruimd en zorgzaam type, heel toegankelijk ook. Met deze inslag is het niet verwonderlijk dat ze kinderradioloog is geworden. In 1992 begon ze in het oude JKZ aan de dokter Van Welylaan. Eigenlijk als waarnemend arts-assistent (“ik was de oudste assistent in Leiden en ze hadden snel iemand nodig”). Maar ze leerde zichzelf het vak (“ik ben een selfmade opleider”) en werd een van de meest bevlogen en gewaardeerde kinderradiologen van ons land.

In haar begintijd reed ze nog met stapels foto’s naar haar voorbeeld, professor Meradji, in het Sophia Kinderziekenhuis in Rotterdam. “Soms moest ik de diagnose van hem aanpassen en één keer heb ik zelfs een patiënt moeten terugroepen om een onderzoek over te doen”, herinnert ze zich lachend.
Vanaf de fusie tussen het JKZ en het Rode Kruisziekenhuis draaide ze ook mee in de zorg voor volwassenen. En na de fusie met Ziekenhuis Leyenburg werd ze zelfs vakgroepvoorzitter en afdelingshoofd. Dat is ze “héél lang” geweest: “Daar heb ik mijn managementvaardigheden geleerd. Die kwamen me van pas toen ik voorzitter werd van de Nederlandse Vereniging voor Radiologie (NVvR). En nu, sinds de verhuizing naar de Leyweg, werk ik vooral nog als kinderradioloog in het JKZ. We hebben een heel goed, warm team en fijne collega-kinderartsen en –kinderspecialisten. Met Floor Klerx, Piet Warmerdam, onze laboranten en baliemedewerkers heb ik met heel veel plezier op onze mini-afdeling gewerkt. We zijn een mooie afdeling. Daar ben ik ontzettend trots op.”

Mijlpalen

Een mijlpaal moet genoemd worden: “Ja, dat is toch wel dat wij in Haga als eerste afdeling een volledig geïntegreerde afdeling nucleaire geneeskunde/radiologie hadden. Die specialismen waren in veel ziekenhuizen gescheiden, en zijn dat nu soms nóg. Met de introductie van de PET-CT-scan, waarbij je eerst een nucleaire stof inspuit en later een beeldvormend onderzoek doet, ontstond de discussie ‘van wie dat onderzoek nu was’. Ik ben zelf altijd van mening dat wie een menings- of belangenverschil heeft, moet kijken of hij kan samenwerken. Die samenwerking hebben wij hier gerealiseerd. En als voorzitter van de NVvR heb ik eraan kunnen bijdragen dat ook de opleidingen gefuseerd zijn. Wij waren een voorbeeld van hoe dat kón”, glundert Herma.

Daarnaast is ze trots op het thoraxstatief dat ze zelf, in samenwerking met Siemens, heeft ontworpen. “Hiermee kunnen röntgenfoto's van hart en longen bij kinderen jonger dan 4 jaar makkelijker gemaakt worden. Er is een spiegel aan bevestigd, zodat je precies kunt zien wanneer ze inademen. Want dat kun je zulke jonge kinderen vaak niet op commando laten doen.” Inmiddels heeft het JKZ twee van deze statieven en hebben ook andere ziekenhuizen ze besteld.

Onvergetelijke patiënten

Moeilijke momenten waren er natuurlijk ook. Zoals een toen een tiener overleed bij wie te laat werd geconstateerd dat hij diabetes had. “Terwijl hij gereanimeerd werd, noemde zijn vader alle symptomen op die hij had en die overduidelijk op diabetes wezen. We konden hem toch niet redden. Dat was zó onnodig, zó erg.”
Een andere patiënt aan wie ze nog steeds denkt, is een meisje van 14 jaar dat cystic fibrosis (CF) had. “Ik onderzocht haar veel en we kregen een erg goede band. Het meisje knipte als afleiding wenskaarten, en plakte ze dan zo op dat er diepte in ontstond. Omdat ze geen geld had, kocht ik die kaarten en de lijm voor haar. En als ze er een nieuwe versie van had gemaakt, kocht ik ze van haar terug. Zo had ze toch nog een beetje een zakcentje. Door allerlei omstandigheden kwam zij niet in aanmerking voor een longtransplantatie. Ze kwam uit een moeilijk sociaal milieu, dat speelde mee. De screening voor transplantatie was destijds erg kritisch en dat vond ik onverdraaglijk. Toen ze heel erg ziek was, lag er een wenskaart voor mij op de afdeling met een afscheidsbrief. Ze schreef dat ze het hier een beetje als een thuis had ervaren. Ik heb nog steeds een paar kaarten van haar in mijn bezit, die doe ik niet weg.”

Het HagaZiekenhuis en Juliana Kinderziekenhuis bedanken Herma voor haar enorme inzet voor haar patiënten en de vakgroep.


Naar het overzicht